Na een geslaagd optreden in ut Babbelaertje met de Baldrick Brothers is het even een drempel over om ’s-morgens vroeg m'n bed uit te rollen om een zelf opgelegd dagje in Antwerpen te gaan spelen. Maar de weerberichten zijn goed en dat moeten we voor onze 2de optie in oktober nog maar afwachten.
De vergunning is vorige week geregeld en het is na 1,5 jaar wel weer eens tijd om te zien waar we nu als straatmuzikant ergens staan. Inmiddels hebben we een hoop routine opgebouwd en is de schroom richting publiek er inmiddels wel vanaf. Na een korte nachtrust (voor Koen amper 4 uur) staat het matzwarte A-teambusje om 11:00 op de stoep.
Broodjes gesmeerd (natuurlijk m'n tas weer laten liggen), verder alleen een gitaar, tenor, beiden in rugtas, en wat mondharmonica's, Bassie en Adriaan tandem op het dak en strakke kloffie aan. Anvers is calling. De beruchte ring rond Antwerpen valt op de zondag redelijk goed te nemen en zonder problemen rijden we de parking van Decatlon op.
De spannendste rit moet nog komen wanneer we ons op de fiets-limousine richting markt begeven. De halve binnenstad ligt open en in een suïcidale duorit stuurt m'n partner in crime ons tussendoor de bouwhekken met haakse bochten en niet voorziene op- en afritten, drempels, tramrails en stoepranden. In een mum van tijd staan we op de markt waarna onze reis slalommend door het stattend publiek naar Anton van Dijk op de Meir, wordt voortgezet.
Gelukkig is nog geen Roemeense accordeonist of piano spelende student ons voor en trekken onze bescheiden instrumentarium uit de hoes. De witte zeemanspet van Koen is onze fooipot deze middag. Het beeld van Anton blijkt ook nu weer ons lievelingsstek bij uitstek.
Nadat we wat nummers hebben gespeeld stelt Koen wat voorbijgangers voor om uit de lijst op de achterkant van zijn Harmony tenor een nummer te kiezen, dan wel op goed geluk blind te prikken. Na een paar vrijwilligers zijn er 2 blonde twintigers op ons muurtje gaan zitten en op goed geluk prikt 1 van de 2 haar wijsvinger op Diane. Na het bijstemmen van m'n gitaar zet ik de eerste zin in; "He Little Girl, Wanna Go for a ride?" Waarop de linker blonde haar hoofd wegdraaide met de woorden; "Nou, denk het niet!" Slik. Als dit de reactie op de eerste zin is dan hou ik me vast voor de rest van het nummer. En even is de schroom weer even terug. We passen het principe verder toe op passanten en de reactie is in de regel positief. Altijd leuk als er iemand speciaal voor jou een Murder Song zingt. Zeker wanneer Jaap uit "s-Grabbekerke in eens met z'n fiets voor ons stopt. Jaap is, zonder voorkennis, met zijn gezin naar de Antwerpse solden afgereisd en heeft zijn fiets meegenomen voor een cultureel tochtje door de Belse havenstad. We laten onze kans niet schieten om ook Jaap toe te zingen.
De schrik zat er die middag wel even flink in bij ons, maar vooral bij het kind, dat ons vol trots een paar cent in de pet gooit, zich omdraait om snel weg te lopen en rakelings ontkomt aan een frontale aanvaring met een fietser die zich samen met nog een paar, belachelijk hard door de winkelstraat vliegt. Gelukkig goed afgelopen. Ondanks dat zitten we er muzikaal goed in en weet het publiek onze pet steeds beter te vinden. Tot we worden verrast door een geitenwollensokken type, omringt door een paar vrienden, met een klarinet in een doos. Niet direct het meest sexy instrument, maar volgens eigen zeggen is hij best bekend in Nederland. Vooral door een optreden in een trein, zonder kaartje, waarvoor radio DJ Domien Verschuurde de boete heeft betaald. Tja. Helemaal zitten we ook weer niet te wachten op een half beschonken slangenbezweerder met de plukken wiet nog in z'n baard. Maar och. Een nummertje voor de vriendschappelijke gedachte moet kunnen. Waarop zijn kameraad alias manager roept, "Ja, dan speel ik wel gitaar!" "Gitaar? Welke gitaar?" Waarop de grapjas op Koen zijn tenor wijst. Ja ja, maar zoveel vriendschappelijkheid gaat mijn kompaan (terecht) toch echt wel even iets te ver.
Het is even zoeken naar de juiste toonsoort voor onze beroemdheid ergens uit het hoge noorden, waarna hij zijn nasaalzeurderige Octo fakir solo inzet. Na 1 nummer vinden wij dat we ons al wel van onze vriendschappelijke kant hebben laten zien en een tweede had voor ons echt niet gehoeven. Wanneer onze nieuwe muziekvriend voor de derde keer inzet en bijna simultaan zijn halve liter blik bier in Koen zijn gitaarhoes leeg kiepert is de maat (en hoes) vol en begint de sfeer wat erg ongemakkelijk te worden. Na afloop wordt ik nog getrakteerd op een lang verhaal over zijn muzikale loopbaan waarna hij mij zijn eigen geschreven composities als "beat" cq backing track voor zijn klarinet aan me wil laten horen. Zijn USB stick gaat vervolgens een soundmachine in en na een volle minuut zijn elektronisch orkesten te hebben aangehoord weet Koen de boel op te rollen met de opmerking;, "Hé, da's Dick Dale!" En zo staan we gelukkig weer met z'n tweeën voor vriend Anton. Alsof we ons publiek in de steek hebben gelaten starten we weer koud aan een nieuwe ronde.
Gelukkig hebben we na een paar nummers ons weer hervonden en staan we in het zonnetje weer ons ding te doen.
We zijn onze maximale tijd al een paar maal voorbij wanneer we onze weg vervolgen naar De Hand, verderop op de Meir. Ik, trappen of m'n leven er vanaf hangt, terwijl Koen vol in de ankers zorgt voor een stabiel rustige koers door de toch wel drukke stad.
Vanaf de halve cirkel voor De Hand spelen we voor ons winkelend publiek. Helaas moeten we een geïnteresseerde voorbijganger af doen met een door bier doorweekt visite kaartje uit de gitaarhoes van Koen. Na een tijdje pakken we ons boeltje in na een korte stop voor de miniwafelboer zetten we koers richting grote markt. Door de smalle straatjes, langs de pizzaboer waar een rokende Italiaanse kok ons met een grote glimlach "Pancho, Pincho. Pincho, pancho!!" na roept. Geen idee of dit goed of slecht nieuws betekend?
Uiteindelijk vinden we een terrasje in de zon aan het grote marktplein. Op een zilveren schaaltje gaat de pet op z'n kop en zij aan zij zitten we ongegeneerd de poet te tellen. Vierenvijftig euro en vijftig cent. De hoogste opbrengst tot nu toe. Een oudere vrouw aan het tafeltje naast ons kijkt een tijdje toe en vraagt vervolgens of we misschien een bank hebben beroofd. "Ja, maar geen al te grote deze keer.". M'n compagnon schiet nog even in zijn beste Engels een jong chinees stel aan op een terrasje ernaast die ons eerder die dag fanatiek heeft staan fotograferen. Verbaast antwoord de jongen hier in het Nederlands op; "Zien we er zo uit als toerist dan?" Een Belgisch biertje en een mega hamburger later, stappen we weer op de tandem om onze fietstocht in reverse terug naar de bus terug te vinden. Ook deze keer weer een geslaagde dag als straatmuzikanten.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten